Veel zzp’ers raken het overzicht kwijt. Wet DBA, straks de Wet VBAR, handhaving die eerst niet en dan weer wel gebeurt… Het zorgt voor onrust. Niet alleen bij zelfstandigen, maar ook bij opdrachtgevers die bang zijn om fouten te maken.
In België pakken ze het anders aan. Met een aparte wet, een duidelijke set criteria en aandacht voor verschillen tussen sectoren. Dat model is simpel, uitvoerbaar én biedt helderheid. In dit artikel lees je hoe het werkt – en waarom er in Nederland met interesse naar gekeken wordt.

In Nederland: veel discussie, weinig duidelijkheid
Sinds de afschaffing van de VAR is het bepalen of iemand écht zelfstandig werkt of eigenlijk een werknemer is, behoorlijk ingewikkeld geworden. De Wet DBA moest daar verandering in brengen, maar deed vooral het tegenovergestelde. De webmodule biedt vaak geen uitsluitsel. En de Wet VBAR is nog in ontwikkeling. Ondertussen is de Belastingdienst sinds 1 januari 2025 weer aan het handhaven. En dat maakt de onzekerheid alleen maar groter.
Zowel zelfstandigen als opdrachtgevers hebben behoefte aan simpele regels. Regels die je kunt snappen zónder jurist. En die helder maken of je gewoon als ondernemer werkt, of dat er toch sprake is van een dienstverband.
Hoe werkt het Belgische model?
België regelt dit via een aparte wet: de Arbeidsrelatiewet. Die wet biedt een getrapt beoordelingssysteem:
Stap 1: Neutrale criteria
Hierbij gaat het bijvoorbeeld om:
- Heeft de opdrachtnemer een btw-nummer?
- Staat diegene ingeschreven bij de Kamer van Koophandel?
- Houdt de opdrachtnemer een eigen administratie bij?
Stap 2: algemene beoordeling – de vier wettelijke criteria
In deze stap kijkt men naar de praktijk van de samenwerking. Voldoe je aan minstens twee van de onderstaande vier criteria? Dan word je in principe als zelfstandige gezien:
1. Partijen kiezen zelf en vrijwillig voor deze vorm van samenwerken
Dit betekent dat jij en je opdrachtgever bewust kiezen voor een zzp-constructie. Dat betekent bijvoorbeeld ook dat je niet wordt opgenomen in een personeelsplanning.
Voorbeeld: Je sluit een overeenkomst van opdracht af voor een specifieke klus, en er is geen intentie of verwachting dat je ‘in dienst’ komt. Jij bepaalt ook zelf of je de opdracht accepteert of niet.
2. Je bepaalt zelf hoe je je werk uitvoert
Je bepaalt zelf hoe je jouw werk uitvoert: hoe je het aanpakt en met welke tools of methodes.
Voorbeeld: Als marketeer kies je zelf of je via Canva, Photoshop of AI-tools werkt en wanneer je dat doet, zonder dat de opdrachtgever daar iets over zegt.
3. Er is geen sprake van hiërarchische controle
Er is geen sprake van een baas of manager die je opdrachten geeft of controleert hoe je iets doet.
Voorbeeld: Als coach of consultant bepaal je zelf je werkwijze en geef je geen verslag aan een leidinggevende. Je levert gewoon het afgesproken resultaat.
4. Je bepaalt zelf wanneer je werkt
Je spreekt een deadline af, maar daarbinnen ben je vrij om zelf je planning te maken. Er is dus niemand die zegt: “Je moet maandag om 09.00 uur beginnen.”
Voorbeeld: Als tekstschrijver lever je volgens afspraak op vrijdagmiddag je artikel aan. Maar of je dat op dinsdagochtend of donderdagavond schrijft, maakt niet uit. Zolang het maar op tijd af is.
Let op: Het gaat om de praktijk, niet om wat er in een contract staat. Dus: wat doe je écht als ondernemer?
Aparte regels voor sectoren met risico op schijnzelfstandigheid
In sectoren waar het risico op schijnzelfstandigheid groter is – zoals bouw, schoonmaak, vervoer en landbouw – gelden in België strengere aanvullende criteria. Bijvoorbeeld:
- Werkt iemand met eigen materiaal of voertuigen?
- Loopt iemand financieel risico?
- Bepaalt hij zelf welke opdrachten hij aanneemt?
Voldoet een zzp’er aan minstens de helft van deze aanvullende criteria? Dan geldt een weerlegbaar vermoeden van zelfstandigheid. Andersom geldt ook: voldoe je er niet aan, dan is de kans groter dat er sprake is van een dienstverband.
Voorbeeld: taxichauffeurs
Twee taxichauffeurs kunnen hetzelfde werk doen, maar toch verschillend worden beoordeeld. Wie een eigen auto en vergunning heeft, werkt volgens de wet zelfstandig. Wie rijdt voor een centrale in een bedrijfsauto, op vaste tijden, valt eerder onder een dienstverband.
Kortom: het gaat niet alleen om het beroep, maar om de manier waarop het werk in de praktijk wordt ingevuld.
Onafhankelijke commissie: zelden nodig, maar wel handig
België kent een aparte commissie die opdrachtgevers en opdrachtnemers kunnen inschakelen als ze twijfelen. Die commissie beoordeelt de werkrelatie en geeft een bindend advies.
Wat opvalt: die commissie wordt maar zelden geraadpleegd – zo’n 25 keer per jaar. En dat is eigenlijk een goed teken: het laat zien dat de wet in de meeste gevallen al voldoende duidelijk is. Bovendien volgt de arbeidsrechter dit oordeel meestal. De uitslagen zijn openbaar, zodat anderen ervan kunnen leren.
Waarom kijken Nederlandse politici hiernaar?
Kamerlid Thierry Aartsen werkt samen met anderen aan een alternatief voor de Wet VBAR. Hij wil een simpeler systeem, en noemt het Belgische model als mogelijke inspiratie. Wat eruit komt is nog onduidelijk, maar het idee van meer overzicht en minder bureaucratie spreekt veel ondernemers aan.
Wat kun jij hiermee?
Op dit moment is het Belgische model géén realiteit in Nederland. Maar het helpt je wel om even door een andere bril naar je eigen situatie te kijken. Want als je:
- werkt met meerdere opdrachtgevers,
- investeert in je bedrijf,
- je eigen risico’s draagt,
- én je werk grotendeels zelf inricht...
…dan gedraag je je volgens het Belgische model als een echte ondernemer. En dat is precies het beeld dat je nu – met alle veranderingen in Nederland – ook goed zichtbaar wilt maken.
Blijf op de hoogte
Volg
Knab op LinkedIn. We houden je daar op de hoogte van alles rondom de Wet VBAR, het Belgische model en andere ontwikkelingen die voor jou als ondernemer belangrijk zijn.